Haarle, 28 september 1944.

Het is al donker als er op de deur wordt geklopt van het woonhuis naast de Palthetoren in Haarle. De bewoner J.U. de Kempenaer opent de deur en voor hem staat in een enigszins verfromfraaid uniform van de Royal Air Medical,  de  24-jarige Schotse stafarts, captain Charles Bruce Noble, die de dag heeft doorgebracht in een broeikas op het landgoed.

De Kempenaer nodigt de onverwachte gast binnen in zijn woning en voorziet hem van een maaltijd en een slaapplaats. De volgende dag wordt Noble dankzij de contacten die, de Kempenaer onderhoudt met het verzet overgedragen aan de gewapende verzetsgroep Dalfsen-Ommen-Lemelerveld. Noble gaat onder begeleiding van zoon Jim de Kempenaer en de Hellendoornse verzetsstrijder Henny Plomp, verkleed als boerenarbeider, voorzien van een schop, een drinkbeker en een broodtrommel richting het Hessumse veld tussen Ommen en Dalfsen, Noble’s nieuwe onderduikadres.

Wie was deze Charles Noble en hoe kwam hij in Haarle terecht?

Noble wordt op 18 september 1944 als parachutist gedropt op de Ginkelse Heide tijdens de operatie Market Garden. Als snel wordt hij door de Duitsers gevangen genomen en overgebracht naar Kamp Amersfoort.

Op 23 september wordt hij samen met honderden andere krijgsgevangenen op transport gesteld naar het Duitse krijgsgevangenen kamp Stalag S-7 Olsztyneck in het huidige Polen.

Tussen Hengelo en Enschede weet Noble uit de trein te ontsnappen. Zijn doel is om de Veluwe te bereiken om weer aansluiting te verkrijgen met de geallieerde troepen.

Noble gaat voorzien van een kompas op pad richting de IJssel. Noble loopt zodra het donker wordt en stuit na een tijd op de zijtak, richting Almelo van het Twentekanaal. Met behulp een boer uit Delden weet hij deze barrière te nemen. Overdag slaapt hij in hooibergen en stilt zijn honger met appels.

Uiteindelijk komt hij via Rijssen in Haarle terecht waar hij bij een kerk om hulp vraagt. De pastoor kan hem echter niet helpen. Eerst houdt Noble zich nog een dag schuil in de bossen van Haarle maar besluit vervolgens toch aan te kloppen bij de Sprengenberg waar hem, na een tocht van vijf dagen door Twente een warm welkom wacht bij de familie De Kempenaer.

De verzetsgroep en latere Knokploeg Ommen zorgt er voor dat Noble bij Wapenveld de IJssel kan oversteken, waar hij wordt opgevangen door een Veluwse verzetsgroep. Op de Veluwe heeft Noble een aantal onderduikadressen o.a. in Epe en in het bekende Pas-Op Kamp in Nunspeet. Helaas wordt Noble op 3 januari 1945 (Pegasus2) nadat hij de Lek is overgestoken opnieuw gearresteerd en brengt hij tot de bevrijding zijn tijd door in krijgsgevangenschap. 

Twee weken na zijn bevrijding staat Noble bij de Kempenaer op de stoep om hem te bedanken voor het verblijf op de Sprengenberg.

Na de oorlog trouwt Noble en is hij als chirurg werkzaam in een ziekenhuis in Londen. Noble overlijdt in 1997.

Bronnen:

Gevangen op de Veluwe-Wolter Noordman

Haarle (O.) in de oorlogsjaren 1940-1945-J.U. de Kempenaer.

Het verscholen dorp-Jeroen Thijssen.

PegasusArchive punt org.